Schijnslagen voorin

De trickshots in het voorveld gaan allemaal een onverwachte return als je tegenstander een korte slag speelt, doorgaans vanuit het achterveld. Want om dit te bedenken en uit te voeren, heb jij als uitvoerende meestal meer tijd nodig, en die krijg je niet bij een korte slag van je tegenstander. De opties zijn:

  • Gemaskeerde lob
  • Dubbel gemaskeerde drop
  • Dubbel gemaskeerde lob
  • (Dubbel) gemaskeerde cross net drop
  • Fake steek

Deze worden hieronder verder besproken.

Gemaskeerde lob (lift)

Je houdt het racket zo lang mogelijk hoog en speelt met een ultra korte achterzwaai en geen doorzwaai. De slag lijkt in aanloop op een net drop en komt helemaal uit de pols:


Dubbel gemaskeerde drop

Een stapje verder: je doet alsof je een korte net drop gaat spelen, dan alsof je een lift gaat spelen, maar speelt dan toch kort.
Techniek: vlak voor je de netdrop speelt, snel door een pols/onderarm-beweging met je racket naar beneden (korte achterzwaai) en meteen zonder kracht naar boven.


Dubbel gemaskeerde lob (lift)

Je kan de schijn nog verder opvoeren door eerst daadwerkelijk een ingehouden drop te spelen, en daarna de lift. Dit is een dubbele slagbeweging. Peter, doe's even voor:


(Dubbel) gemaskeerde cross net drop

Je doet alsof je een korte netdrop gaat spelen, maar speelt dan toch kort cross. In de dubbel gemaskeerde variant doe je tussendoor alsof je een gemaskeerde lob speelt, zoals hierboven.

De voorbereiding is weer die van een netdrop.
Voor de dubbelgemaskeerde variant: vlak vóórdat je de shuttle zou raken, beweeg je je arm naar beneden en je pols naar beneden/onderen.
Je draait je pols snel zo dat het racketblad in de cross stand komt.
Je maakt een korte felle slagbeweging door je pols om te klappen: pats.
En je glimlacht naar je verbouwereerde tegenstander.

Coach Lee legt beide varianten stap voor stap uit, voor de backhand en de forehand:


Fake steek

In de fake steek gaat de schijn zo ver dat je je tegenstander daadwerkelijk naar het net lokt. Dat doe je door je lichaamshouding en je racketpositie en de positie van je arm precies zo te houden zoals bij de backhand netsteek.
Bij de betere tegenstander zul je ook je racket 'recht' naar het net toe moeten brengen, om hem nog meer te overtuigen van de aankomende steek.
Maar dan op het moment van de slag haal je alle kracht uit het knijpen van je hand en je strekt je arm. Het resultaat is een kort felle beweging, die als het goed is de shuttle net achter je aanstormende opponent doet gaan.
Anders dan bij een gemaskeerde lift, beweegt je racket geen seconde naar beneden. De kracht komt helemaal uit je vingers.